Om een verblijfsvergunning te verkrijgen, wilden
ze bij de prefectuur wel het een en ander van je weten.
Kwam je om te werken?
Nee, we waren met pensioen.
Verder allerlei vragen over inkomen, waar je woonde en uiteraard een internationaal uittreksels van je geboorteregister en paspoorten overleggen.
De rekening van de elektriciteit was overal al
voldoende “bewijs” dat je op het betreffende adres woonde!
Kortom de hele papierwinkel.
Een andere papierwinkel die ook aan de orde kwam
was voor het invoeren van onze auto`s.
Allemaal geen probleem als je met de juiste
formulieren en verklaringen op de proppen kwam, want de auto`s vielen onder de
verhuis inboedel, dus het invoeren daarvan bracht geen extra kosten met zich
mee.
Het kostte alleen een beetje tijd, een paar keer
naar het belastingkantoor, prefectuur en
verzekeringskantoor, maar ook erg leerzaam!
Het woord
“immatriculation” (kentekenbewijs) hebben we toen voor eens en voor altijd
geleerd; vloeiend uit te spreken.
Iets anders was het bij het inschrijven bij de CPAM
voor de Sécurité Sociale.
Vergelijkbaar met ons ziekenfonds, waar iedereen
in zit en waarbij je dan een aanvullende verzekering kon afsluiten bij een
willekeurige maatschappij om de dekking uit te breiden.
Voor mij was het zo gepiept, ik had onder andere
het benodigde formulier E121, omdat ik in Nederland vanwege mijn werk in het
ziekenfonds zat.
Máár Joep had nooit in het ziekenfonds gezeten,
dat kon niet als je in Nederland in het onderwijs werkte en was altijd
particulier verzekerd geweest.
Hij had géén formulier E121 en daar kon de gebruinde,keurig opgemaakte,aardige
mevrouw van de CPAM met haar pet niet bij dat zo iets bestond!
Ze deed erg goed haar best, vroeg van alles en nog
wat op een nogal lieve flirterige manier, richtte zich uitsluitend tot Joep,
alsof ik niet meer bestond!
Toen we later buiten kwamen, zei ik tegen Joep:
“Volgens mij zag ze jou wel zitten, ik was ineens lucht voor haar!
“Ja”, zei Joep, “ik had sjans!”
Dus vanaf dat moment noemden we haar; Joep zijn
vriendin!
Als er iets te verhapstukken viel bij de Sécurité Sociale zeiden we gekscherend tegen elkaar: “Zullen we even naar je vriendin
gaan?”
En als we daar waren en ze had dienst, dan kwamen
we ondanks het trekken van volgnummers, héél toevallig meestal bij haar
terecht!
Joep, was op dat moment in Nederland particulier
verzekerd, maar op basis van een verzekering, speciaal voor Nederlanders die in
het buitenland woonden.
Dat lieten we voorlopig zo.
En dat we die verzekering héél hard nodig hadden
bleek al snel.
Op een dag, sloeg Joep een deurmat uit tegen een
grote knotwilg die bij ons huis stond.
Daar bleek achteraf in een holte een nest met “frelons” te zitten, de super grote
gevaarlijke wespen.
De trillingen van het uitslaan van de mat, vonden
ze kennelijk nogal bedreigend, met als gevolg dat Joep in zijn nek werd
gestoken, vlakbij zijn halsslagader.
We hielden ze altijd al nauwlettend in de gaten,
want we wisten dat een steek gevaarlijk kon zijn.
Maar dit gebeurde zo snel en voordat ik kon kijken
waar hij gestoken had, werd
Joep echt doodziek.
Hij kon nog net op de bank gaan liggen, kon niets
meer zien, zag lijkbleek en kon bijna niet meer praten.
Ik belde gelijk de dokter, ik hoefde alleen maar
te zeggen: Mijn man is gestoken door een “frelon”
en ik hoorde alleen maar: “J`arrive!”
en de verbinding werd verbroken.
Binnen acht minuten was hij er, hij moest uit een
naburig dorp tien kilometer verderop komen!
Hij handelde snel, bloeddruk werd gemeten, die
héél erg laag was, Joep was in shock vanwege allergie voor de wespensteek.
Adrenaline werd ingespoten en in no-time stond de
cour vol met de auto`s van de SAMU, gevolgd door de ambulance.
Joep werd afgevoerd naar het ziekenhuis in
Moulins.
Gelukkig kwam alles goed door het snel handelen
van de huisarts.
Wij wisten dat het géén uitzondering was dat er
iemand aan een frelon steek was overleden!
Joep, is toen 3 dagen in het ziekenhuis geweest,
waar ze ook begonnen met een desensibilisatie behandeling.
Die behandeling heeft in totaal vijf jaar geduurd
en toen bleek bij een test dat hij nog niet helemaal immuun was.
Hij is er toen mee gestopt, iedere zes weken een
injectie halen en je dan een paar dagen “grieperig” voelen, daar had hij genoeg
van.
We hebben nog wel een poosje rondgesjouwd met een
adrenaline injectiespuit en zes tabletten, die hij dan allemaal tegelijk moest
innemen, als hij weer gestoken werd.
Dat is later gelukkig maar één keer gebeurd en
zonder ernstige gevolgen.
Onze huisarts was ook commandant van de brandweer
en hij schreef een bevel uit om het nest door de brandweer te laten
verwijderen.
Dat gebeurde de volgende dag, de mannen waren, ter
bescherming van kop tot teen ingepakt.
Het nest zat diep verborgen in een holte en ze moesten
ook aan de buitenkant van de boom een opening maken om er goed bij te kunnen.
Na deze toch wel behoorlijk gevaarlijke
gebeurtenis gingen we weer verder met onze dagelijkse beslommeringen.
Dat niet alleen, we maakten ook al gedeeltelijk
werk van de dingen die we wilden veranderen, maar niet volgens een strakke
planning.
Het plastic gordijntje om het bad, dat hadden we
jaren daarvoor al weggehaald en het bad ingebouwd.
Nu we de tijd hadden wilden we de badkamer echt
goed aanpakken.
De badkamer metamorfose, ging eigenlijk zo.
We liepen
op ons wekelijks snuffel rondje bij de brocanteur een nog nieuwe blauwe
wastafel tegen het lijf.
Keurig
ingepakt in de originele doos van een bekend Frans sanitair merk, waar hij al
een tiental jaren in zat, gezien de datum die we op de doos ontdekten.
Even verderop in die hal ontdekte ik er nog één,
precies dezelfde.
Ineens ging mijn fantasie op hol, toen ik ook nog
een oude schooltafel zag staan.
Joep, stond bij iets anders te kijken en toen ik
mijn idee naar voren bracht, was het antwoord verschrikt: “Twee wastafels,
waarin?”
Ik had het al helemaal uitgewerkt, de schooltafel
iets ophogen, een leuke opstaande rand maken en beneden tussen de poten een plank, altijd
handig.
Na wat onderhandelen gingen we naar huis met twee
wastafels en de schooltafel.
Daarna volgden nog wel wat ritjes naar de
bouwmarkt.
Dat was voor ons geen straf, want we reden door de
groene heuvels, die als een patchwork deken voor ons lagen.
Met overal mooie vergezichten, daalden we af naar
een dorp met een kronkelende rivier, hier en daar een huisje en zeiden dan
genietend van deze levende ansichtkaart tegen elkaar: “Net het buitenland!”
En zo werd de nieuwe inrichting voor de badkamer
een feit.
De muren van de berghokken werden opnieuw
afgesmeerd en er werden planken aan de muur gemaakt, in afwachting van de
toekomstige potten zelfgemaakte jam en inmaak.
Toen we eens op familiebezoek in Nederland waren,
vroeg iemand: “Wat doen jullie dáár nou héél de dag?”
Nou, ieder geval niet achter de geraniums zitten!
*******************
RECEPT
BIETENCARPACCIO MET GEITENKAAS
Als voorgerecht,
ingrediënten voor 4 personen:
- 2 grote gekookte bieten
- 50 gram rucola
- 50 gram gepelde walnoten
- 5 kleine zachte geitenkaasjes
Voor de dressing:
- 1 eetlepel witte balsamicoazijn
- 2 eetlepel zonnebloemolie
- 1 eetlepel walnotenolie
- peper en zout
- 1 eetlepel honing.
Snijd de bieten in dunne plakken.
Verdeel de rucola en gesneden bietjes over de borden en leg daar een kaasje bij.
Rooster de walnoten licht in een droge koekenpan.
Klop de dressing en verdeel over de borden.
Verkruimel het vijfde kaasje over de salade en strooi de walnoten er over.
**********************
RECEPT
BIETENCARPACCIO MET GEITENKAAS
Als voorgerecht,
ingrediënten voor 4 personen:
- 2 grote gekookte bieten
- 50 gram rucola
- 50 gram gepelde walnoten
- 5 kleine zachte geitenkaasjes
Voor de dressing:
- 1 eetlepel witte balsamicoazijn
- 2 eetlepel zonnebloemolie
- 1 eetlepel walnotenolie
- peper en zout
- 1 eetlepel honing.
Snijd de bieten in dunne plakken.
Verdeel de rucola en gesneden bietjes over de borden en leg daar een kaasje bij.
Rooster de walnoten licht in een droge koekenpan.
Klop de dressing en verdeel over de borden.
Verkruimel het vijfde kaasje over de salade en strooi de walnoten er over.
**********************