“Laten we nog even naar het Dorpsplein lopen, dan
kan ik een croissant kopen!”
Toen we het park verlieten, gooiden we er ook nog
een “ Au revoir” tegenaan, maar
niemand reageerde.
We liepen door een paar smalle straatjes en kwamen
op het verlaten Dorpsplein.
In de hoek bij een bloemenperk met prachtige
kleuren, was een man, gekleed in korte broek met ontbloot bovenlijf bezig zijn
gereedschap in de aanhanger van een minitractor te laden.
“Vraag of hij weet, waar je een zeis kunt kopen!”
spoorde ik Joep aan, maar dat was niet nodig, want Joep was met grote passen al
ter plekke. Toen ik me bij hen voegde, liep de man net weg.
Hij beduidde ons met een handgebaar, dat we
moesten blijven wachten.
“Wat gaat hij doen?” vroeg ik aan Joep.
“Geen flauw idee, we zullen het wel zien!”
De man verdween een paar huizen verderop in een
tuin. Na een paar minuten kwam hij terug met een spiksplinternieuwe zeis met
een strekel om het mes te slijpen.
Trots hief hij de zeis omhoog, we wisten niet wat
de bedoeling was.
Mochten we hem alleen maar even zien, omdat hij
dacht dat wij niet wisten hoe een zeis er uit zag?
Of was hij misschien te koop?
Joep vertelde in telegramstijl over onze
speurtocht naar een zeis. De man beaamde meewarig, dat het niet meeviel om een goede
zeis te kopen en dat ze erg duur waren.
Ondertussen zette hij de zeis tegen een oude
geparkeerde vrachtwagen en keek er nog een liefdevol naar.
We stonden een poosje zwijgend naar de zeis te
kijken, totdat Joep de brutaliteit nam en vroeg of hij te koop was.
“A Vendre???”, neen, deze is nieuw en kost wel
zeshonderd francs!”
Ineens floot hij op zijn vingers en vanuit een
werkplaats achter de geparkeerde vrachtwagen kwam een man tevoorschijn.
Hij veegde zijn vuile handen aan zijn overall af
en gaf ons een hand. De man van de nieuwe zeis, stak een voor ons
onverstaanbaar verhaal tegen hem af. De andere man knikte goedkeurend en liep
terug richting werkplaats.
Vervolgens kwam hij met een oude houten ladder
tevoorschijn en zette deze tegen een kleine houten deur op de eerste verdieping
van de werkplaats.
De man met zeis beduidde ons weer, dat we moesten
blijven staan.
Met zijn tweeën kropen ze achter elkaar de ladder
op en verdwenen in het donker.
“Wat gaan ze nou doen?” vroeg ik aan Joep, maar
die wist het ook niet!
Na enige tijd en wat gestommel, kwam de man in
overall als eerste achterste voren de ladder af met een zeis in zijn handen.
De tweede man volgde met nog een exemplaar.
Ze zetten de zeisen naast de nieuwe zeis tegen de
vrachtwagen en de eerste man zei: “Voilà,
exposition!”
Inderdaad zouden de laatste twee exemplaren niet
uit de toon gevallen zijn in een oudheidkundig museum.
“Wat aardig van ze, krijgen we er één?” vroeg ik
naïef aan Joep, want ik was het spoor allang bijster.
Ondanks enig heen en weer gepraat, had Joep het
ook niet allemaal meer op een rijtje.
“Ik weet het niet, ik snap er geen barst meer
van!”
De eerste man prees de twee laatste exemplaren als
een volleerde verkoper aan. Hij liet ze ons van alle kanten bekijken, maar ze
bleven oud!
Joep, wees ten einde raad de zo op het oog beste
zeis aan, maar maakte met gebaren duidelijk dat we er dan wel een strekel bij
moesten hebben.
Dat was geen probleem, we kregen de strekel van
zijn nieuwe zeis er bij.
Ik was helemaal onder de indruk van hun
goedgeefsheid, dus ik zei tegen Joep: “Vraag of ze roken, we hebben nog twee
pakjes sigaretten in de auto, dan geven we die voor de moeite!”
Joep, stond met de zeis en de strekel in zijn hand
diep na te denken om een fraaie volzin in elkaar te draaien, toen er als een
donderslag bij heldere hemel het prijskaartje wat er aanhing bekend gemaakt
werd.
“Deux cents
francs”
zei de eerste man.
“Deux
cents??”
riep ik ongelovig tegen Joep; tweehonderd francs voor zo`n oud rotding?”
De tweede man wees nog eens p de nieuwe zei en zei
alsof het nog niet duidelijk genoeg was, dat een nieuwe wel zeshonderd kostte,
dus dan was tweehonderd voor die andere “pas
cher”, helemaal niet duur!
Helemaal overdonderd en radeloos door onze toch
wel gebrekkige kennis van de Franse taal, bleek nu, betaalden we de tweehonderd
francs.
Toen we met zeis en de strekel in de auto zaten,
staken we een sigaret en lieten alles even bezinken.
Ik had ineens geen honger meer en Joep stelde
nuchter vast: “zo, we hebben ons dus mooi beet laten nemen!”
“Inderdaad”, zei ik: “wil jij hem voor je
verjaardag hebben?”
Thuisgekomen ging Joep hem gelijk proberen en ik
ging op zoek naar iets eetbaars!
Vanaf het terras met een kopje thee en cracker,
zag ik dat Joep wel de goede bewegingen maakte, maar ik zag nog geen sprietje
gras korter worden.
De strekel werd gebruikt om het mes te slijpen en
Joep begon weer opnieuw.
Ik zei nog: “Laat je je tenen er wel aanzitten!”
Maar dat was een compleet overbodige waarschuwing,
want er werd weer géén millimeter gras afgesneden!
Zo ging het nog even door, totdat Joep er achter
kwam dat er eigenlijk helemaal geen verband in die zeis zat en hij daarom steeds
een andere kant op zwabberde, dan dat Joep wilde.
De pogingen werden gestaakt en de zeis werd als
decoratie in het atelier opgehangen!
***********************
RECEPT.
LAUW WARME SPERZIEBONEN SALADE.
In deze nazomerse dagen en met nog volop sperziebonen op de markt heb je voor deze salade voor 2 personen nodig:
- potje witte bonen
- 300 à 400 gram sperziebonen
- kleine rode ui of lente-uitjes
- olijfolie, balsamicoazijn
- mosterd, honing, peper en zout
- peterselie en bieslook.
De witte bonen afspoelen en uit laten lekken.
Kook de sperziebonen.
Snijd de ui of lente-uitjes fijn en doe de uitgelekte witte bonen er bij.
Maak de dressing van 1 deel azijn en 3 delen olie, 1 theelepel mosterd, beetje honing, peper en zout.
Roer de helft van de dressing alvast door de witte bonen met ui.
Voeg de nog warme gekookte sperziebonen er bij en de rest van de dressing.
Roer alles voorzichtig door elkaar en voeg nog fijngehakte peterselie en bieslook toe.
Simpel toch? Erg lekker met een stukje gegrild vlees.
*******************
Wat weer een verhaal! En de zeis is daar blijven hangen of hebben jullie het weer door verkocht?
BeantwoordenVerwijderenJe blijft het spannend houden Sylvia-als het patchen niet meer gaat,dan kun je boekenschrijfster worden!
Succes met je blok-hou ook niet van de snelle manier op de naaimachine-veel te onrustig.
gezellige dag
groetjes,Truus uit Drenthe
Jullie hebben toch uiteindelijk wel een débrousailleuse gekocht hoop ik. Met een zeis is wel lekker ouderwets maar je hebt niet zo snel de slag te pakken.
BeantwoordenVerwijderenLeuk he om zo teug te kijken....
O jee, ja, dan ben je wel erg beet genomen. Wat zullen ze gelachen hebben, maar al doende leert men. Weer een heerlijk vertelsel. Groetjes Wilma
BeantwoordenVerwijderen