Daarginds de groene heuvels.

Op dit blog vertrouw ik in gedeelten mijn pennenvruchten toe van het houden van vakantie in Frankrijk, het wonen daar en onze belevenissen daarginds.
Ik ben met het schrijven hiervan al begonnen in 1994, waar blijft de tijd ?

Met een "voorraad" van 130 bladzijden, zal ik twee keer per maand een hoofdstuk posten, op de 1ste en 15de van iedere maand.
Ik maak er dus een feuilleton van!

Om privacy redenen heb ik de namen van de personen die in de verhalen voorkomen veranderd.

Lees gezellig mee en een reactie van tijd tot tijd zou ik erg op prijs stellen.
Als het je aanspreekt en je wilt niets missen, dan kun je ook volger worden.
à Bientôt, (tot straks).............Daarginds !

woensdag 1 oktober 2014

Vervolg van; op zoek naar een zeis!



“Laten we nog even naar het Dorpsplein lopen, dan kan ik een croissant kopen!”
Toen we het park verlieten, gooiden we er ook nog een “ Au revoir” tegenaan, maar niemand reageerde.

We liepen door een paar smalle straatjes en kwamen op het verlaten Dorpsplein.
In de hoek bij een bloemenperk met prachtige kleuren, was een man, gekleed in korte broek met ontbloot bovenlijf bezig zijn gereedschap in de aanhanger van een minitractor te laden.
“Vraag of hij weet, waar je een zeis kunt kopen!” spoorde ik Joep aan, maar dat was niet nodig, want Joep was met grote passen al ter plekke. Toen ik me bij hen voegde, liep de man net weg.
Hij beduidde ons met een handgebaar, dat we moesten blijven wachten.
“Wat gaat hij doen?” vroeg ik aan Joep.
“Geen flauw idee, we zullen het wel zien!”
De man verdween een paar huizen verderop in een tuin. Na een paar minuten kwam hij terug met een spiksplinternieuwe zeis met een strekel om het mes te slijpen.
Trots hief hij de zeis omhoog, we wisten niet wat de bedoeling was.
Mochten we hem alleen maar even zien, omdat hij dacht dat wij niet wisten hoe een zeis er uit zag?
Of was hij misschien te koop?

Joep vertelde in telegramstijl over onze speurtocht naar een zeis. De man beaamde meewarig, dat het niet meeviel om een goede zeis te kopen en dat ze erg duur waren.
Ondertussen zette hij de zeis tegen een oude geparkeerde vrachtwagen en keek er nog een liefdevol naar.
We stonden een poosje zwijgend naar de zeis te kijken, totdat Joep de brutaliteit nam en vroeg of hij te koop was.
“A Vendre???”, neen, deze is nieuw en kost wel zeshonderd francs!”
Ineens floot hij op zijn vingers en vanuit een werkplaats achter de geparkeerde vrachtwagen kwam een man tevoorschijn.
Hij veegde zijn vuile handen aan zijn overall af en gaf ons een hand. De man van de nieuwe zeis, stak een voor ons onverstaanbaar verhaal tegen hem af. De andere man knikte goedkeurend en liep terug richting werkplaats.
Vervolgens kwam hij met een oude houten ladder tevoorschijn en zette deze tegen een kleine houten deur op de eerste verdieping van de werkplaats.
De man met zeis beduidde ons weer, dat we moesten blijven staan.
Met zijn tweeën kropen ze achter elkaar de ladder op en verdwenen in het donker.
“Wat gaan ze nou doen?” vroeg ik aan Joep, maar die wist het ook niet!
Na enige tijd en wat gestommel, kwam de man in overall als eerste achterste voren de ladder af met een zeis in zijn handen.
De tweede man volgde met nog een exemplaar.
Ze zetten de zeisen naast de nieuwe zeis tegen de vrachtwagen en de eerste man zei: “Voilà, exposition!”
Inderdaad zouden de laatste twee exemplaren niet uit de toon gevallen zijn in een oudheidkundig museum.
“Wat aardig van ze, krijgen we er één?” vroeg ik naïef aan Joep, want ik was het spoor allang bijster.
Ondanks enig heen en weer gepraat, had Joep het ook niet allemaal meer op een rijtje.
“Ik weet het niet, ik snap er geen barst meer van!”

De eerste man prees de twee laatste exemplaren als een volleerde verkoper aan. Hij liet ze ons van alle kanten bekijken, maar ze bleven oud!
Joep, wees ten einde raad de zo op het oog beste zeis aan, maar maakte met gebaren duidelijk dat we er dan wel een strekel bij moesten hebben.
Dat was geen probleem, we kregen de strekel van zijn nieuwe zeis er bij.
Ik was helemaal onder de indruk van hun goedgeefsheid, dus ik zei tegen Joep: “Vraag of ze roken, we hebben nog twee pakjes sigaretten in de auto, dan geven we die voor de moeite!”

Joep, stond met de zeis en de strekel in zijn hand diep na te denken om een fraaie volzin in elkaar te draaien, toen er als een donderslag bij heldere hemel het prijskaartje wat er aanhing bekend gemaakt werd.
“Deux cents francs” zei de eerste man.
“Deux cents??” riep ik ongelovig tegen Joep; tweehonderd francs voor zo`n oud rotding?”
De tweede man wees nog eens p de nieuwe zei en zei alsof het nog niet duidelijk genoeg was, dat een nieuwe wel zeshonderd kostte, dus dan was tweehonderd voor die andere “pas cher”, helemaal niet duur!
Helemaal overdonderd en radeloos door onze toch wel gebrekkige kennis van de Franse taal, bleek nu, betaalden we de tweehonderd francs.
Toen we met zeis en de strekel in de auto zaten, staken we een sigaret en lieten alles even bezinken.
Ik had ineens geen honger meer en Joep stelde nuchter vast: “zo, we hebben ons dus mooi beet laten nemen!”
“Inderdaad”, zei ik: “wil jij hem voor je verjaardag hebben?”


Thuisgekomen ging Joep hem gelijk proberen en ik ging op zoek naar iets eetbaars!
Vanaf het terras met een kopje thee en cracker, zag ik dat Joep wel de goede bewegingen maakte, maar ik zag nog geen sprietje gras korter worden.
De strekel werd gebruikt om het mes te slijpen en Joep begon weer opnieuw.
Ik zei nog: “Laat je je tenen er wel aanzitten!”
Maar dat was een compleet overbodige waarschuwing, want er werd weer géén millimeter gras afgesneden!
Zo ging het nog even door, totdat Joep er achter kwam dat er eigenlijk helemaal geen verband in die zeis zat en hij daarom steeds een andere kant op zwabberde, dan dat Joep wilde.

De pogingen werden gestaakt en de zeis werd als decoratie in het atelier opgehangen!
                                                     
                                                           ***********************
                          

RECEPT.

LAUW WARME SPERZIEBONEN SALADE.

In deze nazomerse dagen en met nog volop sperziebonen op de markt heb je voor deze salade voor 2 personen nodig:

- potje witte bonen
- 300 à 400 gram sperziebonen
- kleine rode ui of lente-uitjes
- olijfolie, balsamicoazijn
- mosterd, honing, peper en zout
- peterselie en bieslook.

De witte bonen afspoelen en uit laten lekken.
Kook de sperziebonen.
Snijd de ui of lente-uitjes fijn en doe de uitgelekte witte bonen er bij.

Maak de dressing van 1 deel azijn en 3 delen olie, 1 theelepel mosterd, beetje honing, peper en zout.
Roer de helft van de dressing alvast door de witte bonen met ui.

Voeg de nog warme gekookte sperziebonen er bij en de rest van de dressing. 
Roer alles voorzichtig door elkaar en voeg nog fijngehakte peterselie en bieslook toe.




Simpel toch? Erg lekker met een stukje gegrild vlees.

                                                    *******************

3 opmerkingen:

  1. Wat weer een verhaal! En de zeis is daar blijven hangen of hebben jullie het weer door verkocht?
    Je blijft het spannend houden Sylvia-als het patchen niet meer gaat,dan kun je boekenschrijfster worden!
    Succes met je blok-hou ook niet van de snelle manier op de naaimachine-veel te onrustig.
    gezellige dag
    groetjes,Truus uit Drenthe

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jullie hebben toch uiteindelijk wel een débrousailleuse gekocht hoop ik. Met een zeis is wel lekker ouderwets maar je hebt niet zo snel de slag te pakken.
    Leuk he om zo teug te kijken....

    BeantwoordenVerwijderen
  3. O jee, ja, dan ben je wel erg beet genomen. Wat zullen ze gelachen hebben, maar al doende leert men. Weer een heerlijk vertelsel. Groetjes Wilma

    BeantwoordenVerwijderen